SPIEGELSCHRIFT
Uitgeverij P, Leuven,
1995
35 gedichten
Spiegelschrift bevat
momenten van uitbundig geluk, maar ze zijn niet altijd een lang leven
beschoren. Meekers is de woordvoerder van gemis en stilte, de schilder
bij wie wolken de zon komen bedekken, de visionaire pretbederver. Zijn
verzen voeren vaak underdogs op, sukkelaars die we het liefst van
al uit ons geheugen zouden willen bannen. Sommige van zijn helden zitten
in streepjesplunje achter tralies. Of opgesloten in een kamp. Of gevangen
in zichzelf. Meekers tekent ook mensen die onverschillig zijn geraakt
voor het wonder van de natuur. Zijn antigif daartegen tovert hij aanwezig
met zijn schilderspalet: de exotische magie van de Amazone, een met licht
overgoten bloementuin of een paar liefdevolle ogen... Meekers is te intelligent
om aan het wrede en trieste in de mens voorbij te gaan. En toch verleent
hij het laatste woord niet aan het doffe orkest van het lijden, maar aan
de beklijvende solo van de hoop. Een bijzonder aanttrekkelijke bundel,
gevuld met prachtige, open beelden.
SENTIMENTEEL
eerst waren
er je ogen: bonbons in
het zilverpapieren
bedje van 'n pralinedoos.
dan de lippen
als plezierbootjes aan
elkaar gemeerd.
en je tong een schil
waarover ik
onvermijdelijk uitgleed
het woord "genegenheid"
kreeg plots de wildste
vingers, die
langs de harp van je romp
renden, beenderen
snaren. je vrouwelijk
halfrond was
zo software, zo Lekkerkerk.
reeds duimde
ik voor je, nam je mij ter
hand en werd
je mijn bezittelijk, voornaam
woord. ik was
vrijschutter in je heerlijkheid.
het geruis
van je adem werd een lang,
bezet telefoongesprek.
je verdronk naast mij
in de lakens
als een vrouw met het gezicht
van de Onbekende
van de Seine.
OP DE PUNT VAN DE PEN
"Deze bundel tintelt van muzikaliteit,
is schitterend gecomponeerd op het ritme van voldragen kwatrijnen en behoort
tot het beste van wat mij in de loop van de laatste jaren uit het Nederlands
taalgebied onder ogen kwam." (M. De Smet, Concept)
"Deze poëzie is van een sonore,
vakkundig beheerste soberheid en tegelijk van de grootste lyrische directheid
die door merg en been snijdt. Wat treft is de authenticiteit, de overtuigingskracht
van zijn beelden. In deze bundel is elke regel, elk woord verantwoord
en doordacht." (M. Naessens, Introductie)
"Een universele kreet in dit 'dode tij
tussen twee millennia' zoals in het extatische liefdesgedicht, met een
wonder spel van dubbele bodems bijzonder fraai verwoord. Universele vragen
ook: 'waarom de dood van kinderen? Waarom concentratiekam- pen?' In de
gedichten over schilders... kleurt een blijder tonaliteit op. Ze geven
Meekers alle gelegenheid om zijn breed woordenpalet open te trekken...
Alles culmineert in het laatste gedicht van de bundel: Spiegelschrift.
De spiegel poetst de herinneringen op en werkt meditatie in de hand. Een
bundel om vaak te herlezen." (F. Bonneure, Vlaanderen)
"Deze confrontatie et indringende schilders
als Rik Wouters, Marc Chagall en Frida Kahlo zorgt voor een overtuigende
poëzie. Op grond van deze gedichten en omwille van de krachtige personages
in de reeks Onthoofd, reken ik Spiegelschrift tot de hoogtepunten
in het poëtische oeuvre van Meekers tot dusver." (D. De Geest, Leesidee)
"Maar ook: gevangen worden door verrassende
beelden/ met pretoogjes gluren/
... het innerlijk plunderen/ dollen
met woorden... Dat is poëzie en je vindt het hier metershoog terug
in brokjes verpozing, ergernis, gezucht en verwondering. Fijn."
(K. van Dinter, De Vrijzinnige Lezer)
|